Just because I'm quiet........... doesn't mean I don't have a lot to say
Posts gesorteerd op relevantie tonen voor zoekopdracht De Levenseindekliniek. Sorteren op datum Alle posts tonen
Posts gesorteerd op relevantie tonen voor zoekopdracht De Levenseindekliniek. Sorteren op datum Alle posts tonen

dinsdag 23 februari 2016

De Levenseindekliniek.


Een documentaire, vorige week maandag (15-02) in de ‘week van de euthanasie’ die nogal wat losmaakte.
Marcel Ouddeken en Hans Kema filmden anderhalf jaar lang patiënten en medewerkers bij de keus en het euthanasietraject, wat ingegaan werd door drie personen.
Eén mijnheer was een psychiatrische patiënt van 60 jaar met al vanaf zijn vijfde jaar dwangneuroses; tot het zichzelf met messen bewerken toe. Hij zat op een gesloten afdeling maar wilde niet meer. De rek was eruit. Alles was al geprobeerd; hij was ‘uit behandeld’.
Helaas ben ik dan weer nieuwsgierig en had ik willen weten of hij ook bijvoorbeeld een elektroshock heeft gehad. Daar kwam ik niet achter. Ik heb alleen de uitzending gezien via uitzending gemist.

Eén mevrouw leed aan een vorm van Alzheimer en had direct na het stellen van de diagnose een formulier getekend dat ze euthanasie wilde wanneer ze niet meer normaal kon doen, mensen niet meer herkennen e.d. Het vervelende was dat haar vorm van semantische dementie haar spraakvermogen had aangetast zodat zij te pas en te onpas ‘huppakee weg’ zei. Dat klonk dan nog best vrolijk en bagatelliseerde onbedoeld de ernst van de zaak.
(Ooit had ik een patiënte met een CVA die alleen nog maar ‘dodo’ kon zeggen. Dat vergt veel van de familie/omstanders.)
Ik kon haar eigen huisarts ook begrijpen dat het voor hem niet voldoende duidelijk was wat zij nu eigenlijk wilde en zich hieraan niet wilde branden.
Wat mij ook stoorde was dat zij een dag voor haar dood haar autootje bestuurde naar een schaatswedstrijd in Heereveen en haar echtgenoot volledig rustig naast haar zat, haar de weg wees en haar vertrouwde.
Deze mijnheer sprak aan het begin de zin uit: ‘......Kiezen voor de mens en niet voor jezelf’.......
Tsja, vaak heb ik meegemaakt dat de vraag om euthanasie kwam van de familie en/of omstanders die het lijden niet meer konden aanzien terwijl ‘de mens’ het nog best leek aan te kunnen.
Het werkelijke probleem lag dan bij de familie/omstanders en ik kon me niet aan de indruk onttrekken dat dit hier ook het geval was.
Maar dat kan natuurlijk ook liggen aan de noodzakelijke beknoptheid van een documentaire.
Indringend waren haar laatste woorden: 'het is verschrikkelijk'.

En een mevrouw van honderd jaar die het ook wel voor gezien hield.
Met haar had ik de meeste moeite. Zij was duidelijk een intelligente vrouw en liet het woord ‘eentonig’ vallen.
Naar mijn bescheiden mening was het bij haar te voorkomen geweest door haar brein te prikkelen.
Zij verveelde zich duidelijk een slag in de rondte en dáárdoor drongen de ouderdomskwaaltjes zich aan haar brein op.
Daar ben ik zelf ook het meeste bang voor; zit je daar afhankelijk te zijn en komen er - ongetwijfeld goedbedoelende - hulpen die het over het weer hebben of andere onbenulligheden.

Wat is het onderliggende 'probleem' van euthanasievragers?
Is het echt het uitzichtloze lijden? Is het angst voor pijn? Angst voor aftakeling? Of is het de drang om alles, tot en met de dood onder controle te houden en niet voor verrassingen komen te staan? Of een combinatie van dit alles?
In onderstaand schrijfsel van mijzelf uit 2003 was het voor die mevrouw de angst voor verdere aftakeling; het verlies van een menswaardig leven.
Wat dat dan ook moge betekenen.
Het was een trotse vrouw, gesteld op luxe, gemak en schoonheid. Maar ja, dat ben ik ook.
Wat mij toen al verbaasde was het gemak waarmee artsen instemde met haar verzoek. En wat mij uitermate stoorde was dat zij had gekozen voor een moment vlak voor kerst. Met name voor haar familie. Was er iets te vereffenen? Tussen kerst en oud en nieuw is zij begraven.

17 dec 2003
Vanavond en morgenochtend ga ik naar m'n cliënte, ze heeft M.S. en is een jaar ouder dan ik.
Een mooie Keltische vrouw zonder kinderen; haar man overleed vorig jaar, plotseling.
Twee en een half jaar heb ik haar, als verpleegkundige, intensief verzorgd; morgenochtend is het voor het laatst, daarna krijgt zij haar 'final shot'.
Ik weet dit sinds ruim een week, ze heeft het zo lang mogelijk voor mij verborgen gehouden omdat ik 'gelovig' ben, en er een andere mening op na hou.
Is haar lijden uitzichtloos? ja.
Is het ondraaglijk? In mijn ogen niet, ze zit in een rolstoel, heeft geen pijn, kan haar handen nog steeds iets gebruiken, is intelligent, en heeft haar familie en de vele vrienden nog zoveel te bieden.
Maar mijn ogen tellen niet, dit is haar keus. Zij vindt haar leven ondraaglijk geworden.
Geloven dat er na dit leven iets is, doet ze niet meer. Ze heeft in haar leven teveel meegemaakt om nog te geloven dat er een God is…..zegt ze.
Daar hebben we in het verleden wel gesprekken over gehad.
Nu voel ik me toch tekortschieten en sta ik daar, en weet niet waar ik goed aan doe, en wat ik nog kan zeggen.

Ik veroordeel haar niet om haar keus, maar ik begrijp het niet. Dat heb ik haar wel gezegd.
Respect opbrengen voor deze keus kan ik dan ook (nog?) niet.
C’est ça


Hoe meer ik erover nadenk hoe minder respect ik eigenlijk heb voor mensen die er ‘voortijdig’ willen uitstappen.
Respect heb ik voor mensen die de levensbeker tot op de bodem leeg drinken. Respect heb ik voor de mensen die er op een positieve manier omheen staan om deze mensen te helpen en te begeleiden waar ze kunnen. Ook al duurt het jaren.
Respect heb ik voor degenen die zich ontfermen over het zwakke en zwakker wordende leven en die dáár met respect mee omgaan.
Psychiatrische patiënten vallen voor mij in een andere categorie. Het 'wij zijn ons brein' heeft op mij ook zo zijn invloed gehad.

Maar of met dit programma euthanasie meer geaccepteerd zal gaan worden?
Ik heb mijn twijfels, waarschijnlijk werkt het averechts. En misschien moeten we daar dan juist blij mee zijn.

maandag 20 juni 2016

Gelovigen houden zichzelf voor de gek (?)


In ‘de Verdieping’ van Trouw (18-06) stond een interview met Bert Keizer. Hij heeft een boek geschreven: ‘Vroeger waren wij onsterfelijk.’ Met als ondertitel: ‘De troost van filosofie, literatuur en geneeskunde’
Keizer is columnist en meestal lees ik zijn stukjes met waardering. Ik weet dat hij werkt voor de Levenseindekliniek maar dat vind ik geen reden om hem meteen af te serveren.

In dit interview ontpopt hij zich echter als een notoire anti-theist met een te groot ego.
Op de vraag van Stijn Fens (werkt ook voor Trouw) of hij kan bewijzen dat geloven onzin is zegt hij doodgemoedereerd: “Ik heb een overweldigende hoeveelheid bewijs tot mijn beschikking”
En op de vraag om eens wat te noemen: ”Stel je toch eens voor dat God bestond, dan is het toch onbestaanbaar dat ik dat niet in de gaten heb?”

Ik weet dan eigenlijk niet of ik in schaterlachen moet uitbarsten of meewarig mijn hoofd moet schudden.
Dat mensen niets hebben met geloven of de manier van geloven uit hun jeugd liever achter zich laten; daar kan ik inkomen. Maar wanneer het woord gék zijn intrede doet omdát mensen geloven dan word ik een beetje agressief over zoveel domheid die vaak van mensen komt die de pretentie hebben intelligent en wijs te zijn. Wat een armoe.
Nee, Bert Keizer is met stip verhuisd naar lagere regionen van mijn achting.
Ik hou rekening met het feit dat hij zo zijn eigen spelletje speelt met een te serieuze journalist.
Maar dan nog ...

Wat ik wel weer geestig vond, is zijn opmerking: “Toen de Beatles begonnen te zingen liepen wij gewoon de kerk uit. We vonden die muziek gewoon leuker”.
Maar dat zegt eigenlijk ook wel weer genoeg over de diepte van zijn (on)geloof.